Op vakantie met de elektrische auto? – Nieuwsberichten Onderlinge

De zomer komt er langzaam aan en we trekken er weer vaker op uit. Tegenwoordig meer en meer met een elektrische auto. En ook gaan we steeds meer met de elektrische auto op vakantie. Op zichzelf meestal geen probleem, maar het heeft wel iets meer voeten in de aarde.

De meeste dagelijkse ritjes zijn met een elektrische auto prima te doen. De accu’s van tegenwoordig zorgen voor een actieradius die over het algemeen ruimschoots voldoende is. Maar op vakantie gaan met zo’n elektrische auto is een ander verhaal. Een goede voorbereiding is in ieder geval belangrijk.

Waar wilt u heen?

In Nederland zijn inmiddels veel oplaadpunten, en ook in Duitsland is het al zeer goed geregeld. Maar met name in Zuid- en Oost-Europa wil het nog wel eens tegenvallen. In deze landen kan het voorkomen dat er grotere gebieden zijn zonder laadpaal. Onderzoek daarom vooraf (bijvoorbeeld bij aanbieders als Plugsurfing, Tesla Supercharger en Shell Recharge) waar u langs uw route (snel)laders kunt vinden en pas mogelijk uw route hier op aan. Neem ook meerdere laadpassen mee, zodat u bij diverse aanbieders terecht kan. Een oplaadpunt op uw plaats van bestemming is natuurlijk ook erg handig.

Tips voor zuinig rijden

Bij snelheden boven de 100 km/u gaat het verbruik van een elektrische auto sterk toenemen. Het instellen van de cruisecontrol helpt om deze snelheid aan te houden. De airco en verwarming zijn ook grootverbruikers wat betreft energie. Controleer ook op uw bandenspanning. Met de juiste bandendruk vermindert de weerstand op de weg en rijdt u zuiniger.

Hoeveel kilometers wilt u per dag afleggen?

Heeft uw elektrische auto een actieradius van 300 kilometer, dan kunt u met slim tussentijds bijladen maximaal ongeveer 800 kilometer per dag rijden. Bij een actieradius van 400 kilometer ligt dat maximum al op zo’n 1.200 km per dag.

Houd wel rekening met een groter verbruik tijdens uw vakantie. Uw auto is op vakantie waarschijnlijk zwaarder beladen en mogelijk neemt u een fietsendrager, dakkoffer of zelfs caravan mee. Dat heeft een grote impact op uw actieradius. Ook als u in de bergen rijdt, vraagt dat meer van uw accu.

Welke type laadkabels neemt u mee?

Waarschijnlijk heeft u bij uw elektrische auto twee kabels meegeleverd gekregen: een voor de standaard laadpalen en een voor het gewone stopcontact (230 volt). Neem ze voor de zekerheid allebei mee.  Denk ook aan een extra Type 3-laadkabel als u naar Frankrijk of Italië gaat. Type 3 laadkabels zijn de standaard in deze landen.

Waarom gevelonderhoud belangrijk is

Poreuze of versleten voegen kunnen vervelende problemen opleveren.

U staat er vast niet elke dag bij stil, maar ook de gevel van uw woning heeft onderhoud nodig. Voegwerk kan onder normale omstandigheden best enkele tientallen jaren meegaan, maar het heeft wel te lijden van weer en wind. Tijdig reinigen en waar nodig repareren is essentieel als u lang van uw woning wilt blijven genieten.

Gevaren van slecht voegwerk

Beschadigde voegen zijn niet bevorderlijk voor de degelijkheid van de constructie van een woning. Bovendien kunnen ze een bedreiging vormen voor de waterdichtheid. Daardoor kunnen er binnen problemen ontstaan, zoals vochtdoorslag en schimmelvorming. Bij vorst kan bevriezend water ook nog extra schade veroorzaken.

Wat kunt u doen?

Het is belangrijk om uw voegwerk regelmatig te controleren, bijvoorbeeld voor elke zomer en winter. Ontbreken er stukken voeg? Zijn de voegen nog hard en zitten ze goed vast? Zit er mos op het metselwerk? Zijn de ventilatieopeningen in de gevel niet verstopt geraakt?

Controleer ook uw schoorsteen

Het voegwerk van de schoorsteen heeft het extra zwaar te verduren, boven op het dak en met sterk wisselende temperaturen. Hier kan beschadigd en poreus voegwerk niet alleen leiden tot lekkage maar ook tot terugslag van rook (en daarmee het risico van koolmonoxidevergiftiging in de woning).

Zelf doen of laten doen?

Gevelvoegen is specialistenwerk. Eenvoudige reinigings- en reparatieklusjes aan de gevel kunt u misschien zelf uitvoeren. Maar is er meer aan de hand, dan kan het verstandig zijn om een erkend professional in te schakelen.

Is uw caravan er klaar voor?

Zorg dat u er straks weer veilig op uit kunt: doe de voorjaarscheck!

De laatste regen en kou nog even afwachten, en dan staat het kampeerseizoen weer voor de deur. Tijd om de caravan weer uit de stalling te halen. Maar na zo’n langere periode van stilstand is het wel zaak dat u goed controleert of alles nog in orde is. Met het oog daarop hebben we een korte checklist voor u opgesteld.

1. Rubbers en slangen

Controleer of alle rubbers en slangen nog goed passen en afdichten. Check zeker ook de slang van de gasinstallatie op (droogte)scheurtjes en vervang de slang bij twijfel. Na tien jaar moet een gasslang sowieso worden vervangen, dus controleer ook de vervaldatum.

2. Gasdrukregelaar

De drukregelaar van de gasinstallatie kan na verloop van tijd gaan lekken. Hij mag in ieder geval nooit ouder dan tien jaar zijn, dus check de vervaldatum en vervang de regelaar als hij te oud is.

3. Trekhaak en stekker

Verwijder eventuele roest van de trekhaak met fijn schuurpapier. Sluit de stekker van de caravan aan op de stekkerdoos bij de trekhaak en controleer of alle verlichting (ook die van de kentekenplaat) naar behoren werkt. Check ook de stalen breekkabel op beschadigingen.

4. Dakluiken

Een loszittend dakluik kan gevaar opleveren voor verkeer dat achter u rijdt. Controleer daarom of alles nog goed vastzit.

5. Banden

Controleer de banden van de caravan en vergeet daarbij het reservewiel niet. Bij sommige caravanverzekeringen moeten de banden eens in de zes jaar worden vervangen.

6. Onderhoud

Neem geen risico: laat uw caravan eens in de twee jaar een onderhoudsbeurt geven bij een professioneel onderhoudsbedrijf.

We wensen u hele fijne kampeerdagen. En mocht u er iets zijn, of heeft u een vraag over uw caravan- of reisverzekering? Neem gerust contact met ons op. We helpen u graag.

Snorfiets ombouwen naar bromfiets? Hier moet u aan denken. – Nieuwsberichten Onderlinge

Door de hogere haalbare snelheid is zo’n snorfiets voor de wet geen snorfiets meer.

Sinds 1 januari dit jaar moeten snorfietsers verplicht een helm dragen. Voor veel mensen is dit aanleiding om hun snorfiets (c.q. snorscooter) te laten ombouwen naar een bromfiets. Zij kochten hun snorfiets ooit juist omdat ze het prettig vinden geen helm te hoeven dragen.

Van 25 naar 45 kilometer per uur

Bij het ombouwen wordt de ingebouwde snelheidsbegrenzing van de snorfiets (maximaal 25 kilometer per uur) opgeheven. Het voertuig kan dan plotseling de voor brommers maximaal toegestane snelheid van 45 kilometer per uur halen. Maar wat niet iedereen beseft, is dat een omgebouwde snorfiets voor de wet ook echt een bromfiets is. Het voertuig moet worden gekeurd door de RDW en het blauwe kenteken moet worden vervangen door een geel kenteken.

Voorkom dat u onverzekerd rond rijdt

Heeft u ook plannen om een snorscooter of -fiets te laten ombouwen naar een bromfiets, of heeft u dat al gedaan? Vergeet dan niet dat te melden aan uw Onderlinge. Doordat u ineens een ander type voertuig heeft, loopt u ook een ander risico en daarbij hoort een andere verzekering. Als u niets doet, rijdt u sowieso onverzekerd rond.

Helmplicht op de (snor)fiets

Naast het belang van goede verlichting gaan er steeds meer stemmen op voor een helmplicht. Voor snorfietsers geldt dat deze helmplicht per 1 januari 2023 ingaat.

Nu er in Nederland steeds meer wordt gefietst, zijn ook steeds meer fietsers betrokken bij ongelukken in het verkeer. De overheid wil deze trend keren, en steekt daar de komende tijd 50 miljoen euro in. Belangrijke speerpunten in het beleid zijn het dragen van een (fiets)helm en het voeren van goed werkende fietsverlichting.

Helmplicht voor snorfietsers per 1 januari 2023

Met ingang van 1 januari 2023 moeten berijders van snorfietsen en snorscooters (blauwe kenteken en maximum snelheid 25 kilometer per uur) al verplicht een helm dragen. De helmplicht geldt ook voor passagiers. Het mag een ‘bromfietshelm’ of een ’speedpedelec-helm’ zijn. Wie geen helm draagt, riskeert een boete van 100 euro. En als het aan de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) ligt, komt zo’n verplichting er in de toekomst ook voor ‘gewone’ en elektrische fietsen. De overheid wil daar overigens nu nog niet aan.

Helm beperkt risico’s flink

Uit recent onderzoek blijkt dat het gebruik van een fietshelm het risico op ernstig hoofd- of hersenletsel vermindert met 60 procent en het risico op dodelijk hoofd- of hersenletsel met 71 procent*. Het zijn cijfers die boekdelen spreken, maar toch lijkt de Nederlandse fietser nog niet erg bereid om een helm te gaan dragen. Deskundigen zijn van mening dat de risico’s worden onderschat.

Goede verlichting noodzaak

Dat laatste geldt ook voor het belang van goed werkende fietsverlichting. Ondanks de opkomst van de e-bike – en daarmee van betere verlichting – vinden nog altijd opvallend veel fietsongelukken plaats in het donker. Vaak komt dat puur doordat de fietsverlichting niet goed werkt. Veel fietsers blijken ten onrechte te denken dat ze door de straatverlichting voldoende zichtbaar zijn.

* Bron: www.fietsactief.nl

Een e-bike opvoeren, mag dat?

Met een opgevoerde elektrische fiets bent u bij schade niet verzekerd.

Steeds meer mensen hebben een e-bike. Begrijpelijk, want zo’n elektrische fiets is een modern en comfortabel vervoermiddel. Maar wat we nu ook vaker zien, is dat e-bikes worden opgevoerd, net zoals dat met brommers en scooters al jaren gebeurt. Op zich is opvoeren zelf niet verboden, maar met zo’n opgevoerde e-bike mag u niet aan het verkeer deelnemen. Dat is wettelijk verboden. Bij een eventuele schade kunt u dus ook geen beroep doen op een (avp)verzekering.

Waarom kunt u een opgevoerde e-bike niet verzekeren?

De constructie van een elektrische fiets is niet berekend op hoge snelheden (boven de 25 kilometer per uur). Een opgevoerde elektrische fiets is daarom niet toegelaten op en goedgekeurd voor gebruik op de openbare weg. U kunt er zodoende ook geen verzekering voor afsluiten.

En de speed-pedelec dan?

Een speed-pedelec is ook een elektrische fiets, maar dan wel een die is gebouwd op topsnelheden van 45 kilometer per uur. De speed-pedelec heeft dan ook een bromfietskenteken en als berijder moet u WA-verzekerd zijn, een helm dragen en een AM-rijbewijs hebben. Voor speed-pedelecs gelden speciale verzekeringen.

Verkeersrisico’s en snelle slijtage

Fietsen op een opgevoerde e-bike brengt veiligheidsrisico’s met zich mee. Andere weggebruikers houden geen rekening met de hoge snelheden die u kunt bereiken. Bovendien zullen remmen en andere onderdelen sneller slijten, simpelweg omdat ze niet gemaakt zijn om zo zwaar belast te worden.

5 handige tips voor de winterstalling van uw caravan of camper – Nieuwsberichten Onderlinge

Dit kunt u doen om ook de volgende keer weer volop te genieten van uw vakantie.

De zomer was lang en zonnig, maar lijkt intussen toch echt voorbij. Bent u lekker met de caravan of camper op pad geweest? Dan is het nu tijd om hem weer een tijdje te stallen tot de volgende reis. Hier volgen enkele tips om ervoor te zorgen dat uw ‘huis op wielen’ in goede conditie blijft.

1. Laat leidingen, boiler en watertanks leeglopen

  • De meeste winterstallingen zijn niet voorzien van verwarming. Als het flink gaat vriezen, zal water in de leidingen, boiler en watertanks uitzetten, en dat kan aanzienlijke schade veroorzaken.
  • Leeg ook de sifon van de spoelbak(ken). Eventueel is een goede scheut antivries in de spoelbak ook een oplossing.

2. Laat geen gasflessen en accu’s achter

  • Gasflessen zijn brand- en explosiegevaarlijk. Gasflessen brengen grote risico’s met zich mee, zeker wanneer er in de stalling brand uitbreekt. Dat geldt ook voor accu’s. Bij brand zijn accu’s zeer moeilijk te blussen. De meeste stallinghouders verplichten gasflessen en accu’s te verwijderen. Dit is een eis vanuit hun brandverzekering.
  • Wat betreft de accu’s: kou is slecht voor de levensduur, dus neem ze mee naar huis en leg ze af en toe aan de lader.

3. Check de bandenspanning en de handrem

  • Als banden niet voldoende op spanning zijn, kunnen ze bij langere stilstand gaan vervormen. Let daarop voordat u de caravan stalt, en verhoog de bandenspanning eventueel zelfs een klein beetje (met maximaal 0,5 bar). Vergeet daarbij het reservewiel niet.
  • Zet uw caravan of uw camper niet op de handrem. Dit om bevriezing of het vastroesten van de handrem te voorkomen.

 4. Maak de camper of caravan goed schoon; binnen en buiten

  • Als u vogelpoep en ander vuil laat zitten op de buitenkant van de caravan, krijgt u dat er maanden later heel moeilijk af. Maak ook de binnenkant van de caravan goed schoon, om te voorkomen dat er muffe geurtjes ontstaan.
  • Laat de koelkastdeur op een kier staan en laat geen etenswaren in de caravan/camper liggen. Dit trekt ongedierte aan.
  • Haal de batterij uit de rook- / co2 melder.

5. Laatste tip: Maak foto’s!

Controleer uw caravan/camper (bij voorkeur met de stallinghouder) op eventuele schade en maak foto’s. Dit kan problemen voorkomen als u de caravan weer ophaalt.

Vlucht geannuleerd… en dan?

Waar heeft u recht op als uw (vakantie)vlucht wordt geschrapt?

Iedereen die wel eens met het vliegtuig reist, krijgt er vroeg of laat mee te maken: een vlucht die door de luchtvaartmaatschappij wordt geannuleerd. Dat is altijd vervelend, want het gooit plannen in de war. En krijgt u uw geld dan wel terug? Wat kan uw reisverzekeraar doen en wat mag u verwachten van de luchtvaartmaatschappij? Dat hangt allemaal van verschillende zaken af.

Wat doet mijn reisverzekeraar?

Uw reisverzekering biedt dekking voor schade tijdens uw vakantie. Verder bent u met de reisverzekering verzekerd tegen extra kosten die u moet maken in noodgevallen.  Heeft u annuleringskosten meeverzekerd dan heeft u recht op een vergoeding wanneer een vlucht door de luchtvaartmaatschappij wordt geannuleerd en u daardoor minimaal 8 uur te laat vertrekt of u komt met minimaal 8 uur vertraging  aan op uw eerste reisbestemming. Hoe hoog de vergoeding is hangt af van de duur van de vertraging. Andere kosten die u moet maken omdat de luchtvaartmaatschappij uw vlucht heeft geannuleerd vallen niet onder de dekking van uw reisverzekering maar komen voor rekening van de luchtvaartmaatschappij.

Wanneer krijgt u uw geld terug van de luchtvaartmaatschappij?

Als de luchtvaartmaatschappij uw vlucht annuleert en u heeft een los ticket gekocht, heeft u er recht op om binnen 7 dagen uw geld terug te krijgen van de luchtvaartmaatschappij. Als alternatief kan de maatschappij u de mogelijkheid bieden om via een andere route naar uw eindbestemming reizen. In beide gevallen geldt als voorwaarde dat uw oorspronkelijke vlucht zou vertrekken vanaf een luchthaven in de Europese Unie of dat u zou vliegen met een EU-luchtvaartmaatschappij.

Heeft u geen los vliegticket gekocht, maar een pakketreis geboekt bij een reisorganisatie? En is de vlucht onderdeel van deze pakketreis? Neem dan contact op met uw reisorganisatie.

Wanneer heeft u recht op een aanvullende vergoeding?

Leidt de annulering van een vlucht ertoe dat u minstens 3 uur later op uw eindbestemming aankomt dan gepland? Dan heeft u recht op een aanvullende vergoeding. Hiervoor geldt dezelfde voorwaarde als hierboven genoemd: vertrek vanuit de EU of een vlucht met een EU-maatschappij. Let wel: als de luchtvaartmaatschappij kan aantonen dat er sprake is van overmacht (bijvoorbeeld door een sneeuwstorm of een onaangekondigde staking), heeft u geen recht op vergoeding.

Hoe hoog is de aanvullende vergoeding?

De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van diverse factoren, zoals de vliegafstand, de duur van de vertraging en de reden van de annulering. Afhankelijk van deze factoren hoort de luchtvaartmaatschappij u per ticket een aanvullende vergoeding te betalen tot maximaal 600 euro.

Wat als de luchtvaartmaatschappij niet betaalt?

Ondanks de verplichtingen valt het in de praktijk vaak niet mee om het geld te krijgen waar u recht op heeft. In zulke gevallen kan een rechtsbijstandverzekering u helpen bij het indienen van een claim bij de luchtvaartmaatschappij. Het lukt steeds vaker om het verschuldigde geld op deze manier los te krijgen zonder dat daar een rechtszaak aan te pas hoeft te komen.

Nieuwe Onderlinge Adviseur Bertus van den Hof

Per 1 Augustus heeft de OBM een nieuwe adviseur, Bertus van den Hof.

Bertus is een zeer ervaren verzekeringsdeskundige en hij wil graag de uitdaging aan gaan om de leden te adviseren in het voorkomen en beperken van schade en ze te voorzien van de juiste verzekering.

Chris van der Woude blijft echter verbonden aan de OBM als nieuw bestuurslid.

Hierdoor blijft het bestuur op sterkte na het aftreden van Bertus Doosje tijdens de jaarvergadering afgelopen April.

Ook via mail/brief gaan we u nog verder informeren over de nieuwe plannen/producten van de OBM en voor een verdere introductie van Bertus.

 

 

 

De grootste misverstanden over (land)bouwvoertuigen – Nieuwsberichten Onderlinge

Er bestaan nog diverse misverstanden over de registratie van (land)bouwvoertuigen. Die kunnen vergaande gevolgen hebben, omdat u een (land)bouwvoertuig maar tot 1 januari 2022 kunt registreren. Daarna kan dat alleen via een keuring – en dat is veel lastiger en duurder. We zetten 7 veel voorkomende misverstanden op een rij.

1. ‘Ik kom nooit op de openbare weg, dus registreren hoeft niet’

Op zich helemaal waar, maar realiseert u zich wel wat er allemaal tot de openbare weg behoort? Het gaat niet alleen om alle asfalt-, klinker-, zand- en andere wegen. Het gaat ook om het eigen terrein of een bedrijfsterrein dat toegankelijk is voor anderen, zelfs als er een hek of slagboom staat. En steekt u alleen een weg over om van het ene stuk land naar het andere te komen? Ook dan rijdt u op de openbare weg, hoe kort ook.

2. ‘Mijn voertuig hoeft niet geregistreerd te worden’

De vuistregel is: heeft uw voertuig een afgeknotte driehoek, dan moet het geregistreerd worden. Vooral de zogeheten motorrijtuigen met beperkte snelheid (MBBS) worden dan over het hoofd gezien. Dat zijn rijdende werktuigen die in de bouw, infra, groen, transport, recreatie of op het land gebruikt worden. Denk aan zelfrijdende oogstmachines, knikdumpers, graafmachines, wielladers, veegmachines, minitrekkers, gazonmaaiers die breder zijn dan 1,30 m, verreikers en heftrucks. Maar MMBS’en omvatten ook wegtreintjes, SRV-wagens, kleine transportvoertuigen zoals quads, golfkarretjes en gators, teruggekeurde auto’s en begrensde bedrijfsauto’s die zijn omgebouwd naar agro-truck. Let op: er zijn een paar uitzonderingen. Check uw eigen voertuig via de keuzehulp op www.rdw.nl/registreren om het zeker te weten. (Land)bouwvoertuigen hoeven alleen niet geregistreerd te worden als ze 6 km/u of minder rijden. En ook aanhangwagens die getrokken niet harder gaan dan 25 km/u zijn vrij van registratie.

3. ´Mijn voertuig krijgt toch geen registratie´

Dit wordt veel gedacht over een oudere tractor of werktuig. Het voertuig heeft dan vaak geen chassisnummer (in RDW-jargon: voertuigidentificatienummer oftewel VIN) of het bouwjaar is onbekend. Registratie is inderdaad lastiger, maar ook voor deze voertuigen zijn oplossingen. Zo is het VIN met enige hulp misschien wel te vinden. Ook kan de RDW een identiteitsonderzoek doen en daarna een nieuw VIN inslaan. Het bouwjaar is misschien te achterhalen via de fabrikant/importeur of staat op het typeplaatje of een ander onderdeel. Ook kunt u hulp vragen van een oldtimervereniging of zoeken op het internet. Achterhaal het VIN of regel het inslaan in ieder geval voor 1 januari, want volgend jaar wordt registratie een stuk lastiger.

4. ‘Mijn voertuig is al verzekerd, dus ik hoef niets meer te doen’

Dat klopt niet. Ook als een (land)bouwvoertuig al verzekerd is, moet het in het kentekenregister van het RDW komen. Daar moet u als eigenaar zelf wat voor doen. Sterker nog: als u het kentekenbewijs binnen heeft, meldt dan -samen met de meldcode- aan ons. Wij zorgen dat uw voertuig als verzekerd wordt geregistreerd in het kentekenregister van het RDW.

5. ‘Ik wacht wel met registreren tot het op mijn maatschap kan’

Registreren op naam van een maatschap is niet mogelijk en dat dit jaar zal zo blijven. Het RDW geeft aan dat dit erg jammer is voor een groep bedrijven, maar helaas kan het niet anders. Maatschappen kunnen hun (land)bouwvoertuigen registreren op naam van een van de maten die daarvoor hun persoonlijke DigiD gebruiken.

6. ‘Mijn trekker rijdt geen 25 km/u, dus die hoeft geen kentekenplaat te hebben’

Let goed op: als een (land)bouwvoertuig geen 25 km/u rijdt, moet hij wél geregistreerd worden. Wel moeten ze direct een kentekenplaat voeren als ze harder dan 25 km/u rijden. Pas vanaf 2025 moeten ook gemotoriseerde (land)bouwvoertuigen die minder hard gaan dan 25 km/u een gele kentekenplaat voeren. Als u met een getrokken aanhanger of werktuig niet harder rijdt dan 25km/u, dan volstaat een witte kentekenplaat en hoeft het voertuig niet geregistreerd te worden.

7. ‘Ik registreer mijn (land)bouwvoertuig volgend jaar wel’

Volgend jaar wordt registreren zoveel lastiger en duurder, dat we dat ten zeerste afraden. Tot 1 januari 2022 registreert u een voertuig online voor 18 euro per voertuig. Vanaf 1 januari kan registreren alleen nog na een keuring op een van de 16 keuringsstations van het RDW. Aan keurings- en registratiekosten bent u dan minimaal 140 euro kwijt – en vaak veel meer. Ook moet het voertuig voldoen aan de permanente eisen van de voertuigcategorie.

Meer informatie

Heeft u nog vragen? Neem dan contact met ons op, wij helpen u graag. Of kijk ook eens op www.rdw.nl/registreren voor meer informatie.